Elke maand schrijft onze directeur Ewout van der Horst een blog met Deventerse verhalen.
Het voorjaar staat ook altijd in het teken van de oorlog. De strijd om Oost-Nederland in april, gevolgd door de Duitse overgave in mei 1945 vormen de achtergrond van de jaarlijkse herdenking en viering van bezetting en bevrijding. Het was in dat bevrijdingsjaar ook stralend voorjaarsweer. De geallieerden wachtten na de mislukte slag om Arnhem doelbewust het voorjaar af om de oversteek van de Rijn en de bevrijding van de rest van Nederland te realiseren. Het frisse lentegroen vormt een passend decor voor de gekoesterde herinnering aan de herwonnen vrijheid.
Als lid van het 4 mei comité Deventer mag ik een bijdrage leveren aan de herdenking van de oorlogsslachtoffers. Nu de Tweede Wereldoorlog steeds verder achter ons ligt, is het belangrijk om bruggen te slaan tussen dat verleden en de actualiteit. Daarbij kun je niet heen om de vergelijking met die andere oorlog in Europa. Opnieuw ontkent een totalitair regime het bestaansrecht van medemensen.
Bijzonder is de aanwezigheid bij de dodenherdenking van de 99-jarige Canadese veteraan Nick Janicki. Deventenaar Wouter Veldhoen nam het initiatief tot de onthulling van een plaquette voor zijn regiment van Scottish Canadians. Janicki heeft nog scherpe herinneringen aan de zwaarbevochten bevrijding van Deventer: ‘Terwijl wij door de Lange Bisschopsstraat liepen, stonden mensen langs de kant en hingen uit de ramen om ons toe te juichen. Je kunt het je haast niet voorstellen: de vreugde om de vrijheid die er eindelijk weer was.’
Janicki vormt intussen een van de laatste getuigen van de oorlog. De tijd dat opa’s en oma’s met actieve herinneringen aan die tijd hun kleinkinderen over de betekenis van bezetting en bevrijding konden vertellen, ligt praktisch achter ons. Dat maakt het des te belangrijker om de getuigenissen die er zijn te blijven koesteren en delen. Als laatste oorlogsepisode op eigen bodem zal de Tweede Wereldoorlog een belangrijk referentiepunt blijven, als spiegel van wat mensen elkaar kunnen aandoen en van wat vrijheid waard is.

Oud-journalist Leo Enthoven heeft dit jaar de uitgave verzorgd van het dagboek van drukkerijdirecteur Hendrik Veldwachter ‘De drukkerijklok stond stil’, verschenen bij uitgeverij ArtNik. Het vormt een bijzonder verslag van een ‘gewone’ Deventenaar tijdens het laatste oorlogsjaar. De impact van razzia’s, bombardementen en V1’s komen er levendig in aan bod. Op 4 december 1944 schreef Veldwachter bijvoorbeeld: ‘Vandaag een slechte dag gehad. Niet erg fit. Ik denk dat ik lijd aan de ’razziaziekte’, waarmee tegenwoordig vele mannen behept. Mijn eerste gedachte is: hoe kom ik niet in Duitsland. Dan volgt: hoe red ik mijn spulletjes.’
Zelf mocht ik deze week de herdruk presenteren van een oorlogsdagboek dat ik in coronatijd bij WBOOKS heb uitgegeven: ‘Dat jullie weten wat oorlog is. Het dagboek van verzetsweduwe Pietertje te Rietstap.’ Het aangrijpende relaas van een opgerolde en gefusilleerde Trouw-verzetsgroep uit de omgeving van Hardenberg bezorgde mij bij herlezing opnieuw kippenvel. Te Rietstap schreef haar hartenkreet na de executie van haar man vooral voor haar jonge kinderen: ‘Ik wil geen haat bij jullie zaaien, maar wel zoveel vertellen dat jullie later weten wat ons is aangedaan, wat oorlog is, en hoe dan het recht met voeten getreden wordt.’ Opdat wij niet vergeten.