In het kader van 80 jaar vrijheid schrijft onze directeur Ewout van der Horst dit voorjaar een wekelijks blog over de actuele waarde van vrijheid. In deze serie-afsluitende aflevering staat de Universele Verklaring voor de Rechten van de Mens centraal.
Vrijheid en mensenrechten zijn onlosmakelijk met elkaar verbonden. Mensenrechten drukken uit wat vrijheid de moeite waard maakt. Of het nu gaat om een eigen onderdak of recht op onderwijs. Zoals Roosevelt verwoordde in zijn four freedoms-speech van 1941: ‘Vrijheid betekent dat mensenrechten overal het hoogste gezag hebben.’ Aan het uitdragen van die positieve waarde van vrijheid wereldwijd kwam Roosevelt amper meer toe. Hij overleed vlak voor het einde van de Tweede Wereldoorlog met de overwinning in het zicht. Zijn vrouw Eleanor zette zijn strijd voor mensenrechten voort. Zij droeg actief bij aan het opstellen van de Universele Verklaring voor de Rechten van de Mens in 1948. Deze geldt nog altijd als de basis van het internationale recht en daarmee het menswaardig bestaan.
‘Onze steun gaat uit naar iedereen die strijd voor het verkrijgen of het behouden van mensenrechten’, besloot Roosevelt zijn vrijheidsspeech in 1941. Hoever staan de Verenigde Staten tegenwoordig bij die belofte vandaan! Het humanitaire recht heeft er openlijk plaatsgemaakt voor het recht van de sterkste. De vraag dient zich aan in hoeverre Amerika nog de leider is van de vrije wereld. Roosevelt zou zich in zijn graf omdraaien bij het horen van de Trumpiaanse retoriek. Zijn basisvrijheden staan er onder hoogspanning. En die nachtmerrie lijkt voorlopig niet te eindigen.
Het is gemakkelijk om zorgen te uiten over de mensenrechten in andere landen, maar hoe staat het ervoor in eigen land? Onze regering is al herhaalde keren op de vingers getikt door rechters en deskundigen over de eigen omgang met mensenrechten van bijvoorbeeld vluchtelingen. De Universele Verklaringen voor de Rechten van de Mens bepaalt dat vervolgden het recht hebben om politiek asiel aan te vragen. Dat lijkt in de huidige discussies weleens vergeten te worden. Het migratiedebat in Nederland gaat veelal over vluchtelingen, terwijl de grootste categorie arbeidsmigranten betreft die wij zelf deze kant ophalen om het vuile werk op te knappen. Ja, Nederland is erg vol en er is brede consensus dat migratie binnen de perken moet blijven, maar ons land heeft ook een beschaving hoog te houden. Daarbij hoeven economische belangen niet altijd de boventoon te voeren.
In lijn met de bevrijding van 80 jaar geleden, vergt de huidige strijd voor vrijheid offers. Gemakkelijke oplossingen zijn niet altijd voor handen. Deze tijd vraagt om het laten varen van onze neutraliteit en een gezamenlijke inzet van welwillende burgers. In politiek opzicht zouden de christelijke, liberale en sociale tradities van Nederland eens te meer de democratische krachten moeten bundelen. Het vingerwijzen op de flanken helpt ons niet verder. Het gaat om het nemen van eigen verantwoordelijkheid. Het maatschappelijk middenveld, de dragers van de democratie, zou nadrukkelijker van zich mogen laten horen. De meeste Nederlanders hebben het beste met hun medemensen voor. Laten we samen onze vrijheid en onze democratie beschermen! Wat draag jij bij?